Locatie
Datum
soort van object
Beschrijving
Constand Montald werd geboren in Gent in 1862. Hij komt uit een eerder bescheiden milieu.
In 1874 begon hij zijn artistieke
opleiding aan de Academie voor Schone Kunsten in Gent. Aan het einde van zijn
studies kon hij met een beurs van 3000 frank een reis naar Parijs maken Hij
voltooide zijn opleiding aan de Gentse Nijverheidsschool.
In 1886, won hij de prijs van Rome en begon hij aan
een driejarige reis naar Italië. Eenmaal terug in België toonde hij een
groeiende belangstelling voor de idealistische beweging. Deze laatste
"pleit voor de transcendentie van de kunst in relatie tot de materialiteit
om het concept van het idee te laten zegevieren". Ze staat dicht bij het
symbolisme, maar onderscheidt zich door de bereidheid om het idee expliciet,
zelfs figuurlijk, voor te stellen in plaats van het te suggereren.
Vanaf 1894 maakte Montald monumentale werken waarin de beeldtaal van de oudheid de boventoon voert. Hij zag echter af van de traditionele bewogen figuratie ten gunste van een stijl die meer doordrongen was van sereniteit en terughoudendheid. Hij drukte zijn idealen uit: Schoonheid, Kracht, Genade, Zuiverheid, Inspiratie, Vastberadenheid.
In 1896 werd hij professor aan de Academie voor Schone Kunsten in Brussel, waar hij les gaf in decoratieve kunst. Hij zal onder meer Magritte en Delvaux opleiden.
In 1906 besloot hij om een stuk grond te kopen in Sint-Lambrechts-Woluwe, in de Roodebeeksteenweg 270. Hij liet er een villa-werkplaats bouwen door Henri Van Massenhoven, de architect van de Hallen van Schaarbeek. Deze nieuwe woning is een van de meest in het oog springende symbolen van de vooruitgang van de eigenaar op de sociale ladder.
In deze periode vervulde Montald privé en openbare opdrachten. Succes hangt in de lucht voor Montald, wiens werk ‘De strijd’ of ‘De heilige boom’ wordt gepresenteerd op de wereldtentoonstelling van Brussel in 1910.
De Eerste Wereldoorlog zette Montald ertoe aan om zijn werken kleiner te maken ten gunste van producties op schildersezel. De onderwerpen zijn realistischer. Hij schildert de landschappen en individuen die hem omringen: boeren, werklieden. Het levert een lange reeks van witte besneeuwde landschappen op die toch een vleugje symboliek hebben.
Vanaf 1921 werkte hij samen met Jean Delville aan de
oprichting van de ‘Société de l’art monumental’.
Dit wordt met name weerspiegeld in de ontwikkeling van een mozaïekpaneel van de
halfcirkelvormige zuilengalerij van het Jubelpark, tekening van Constant
Montald met de voorstelling van het Zedelijke Leven.
Daarnaast speelde Montald een
belangrijke rol in de ontwikkeling van het culturele leven van
Sint-Lambrechts-Woluwe omdat hij sinds 1923 een van de belangrijkste promotoren
was van de gemeentelijke schilderwedstrijd. Dit evenement was bedoeld voor
studenten en oud-studenten van de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in
Brussel, maar ook voor jonge schilders uit de gemeente.
In 1925 werd in het Belgische paviljoen van de
tentoonstelling van de industriële kunst een volledige zaal voor hem
gereserveerd.
In 1932 ging hij na 36 jaar onderwijs aan de Brusselse
Academie met pensioen. In 1943 begon hij aan zijn laatste monumentale werk: de
decoratie van de muren van het klooster van de begraafplaats van de abdij van
Orval. Hij stierf in 1944 als gevolg van een verkeersongeval en werd begraven
op 9 maart op het kerkhof in de Laatste Rustlaan in Sint-Lambrechts-Woluwe.
Discussie