Datum
1939 (gedateerd)
soort van object
Beschrijving
Kurt Goldner, alias Mikel Carvin na de oorlog, een Oostenrijkse Joodse vluchteling uit het Reich, opgesloten in het kamp Merksplas, maakte, naast deze houtskooltekening, dertien karikaturale potloodtekeningen van zijn metgezellen en bewakers, die aan het Joods Museum van België werden geschonken door tussenkomst van een van zijn lotgenoten, Josef Epstein. De artistieke talenten van Kurt Goldner, opgemerkt door een minister tijdens een feestavond voor het Belgische publiek in Merksplas, stelden hem in staat het kamp te verlaten en naar de Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen te gaan. Bij de Duitse inval in België vluchtte hij naar Calais, maar slaagde er niet in zich naar Engeland te begeven. Nadat hij door het Duitse leger gevangen was genomen, werkte hij bij een kunstrestauratiedienst die zich bezighield met de roofbouw op kunstwerken. Dankzij deze activiteit kon hij zich bij zijn ouders in Wenen voegen. Zij vluchtten naar Roemenië, omdat zij door de nieuwe Duitse deportatiemaatregelen hadden vernomen dat zij spoedig op de lijsten zouden staan. Uiteindelijk werden ze gevangen genomen en gedeporteerd naar een kamp in Transnistrië, bij Moldavië, maar dankzij Kurt's overredingskracht konden ze terugkeren naar Roemenië om te werken in een leerfabriek die helmen maakte tot de Russen hen in 1944 bevrijdden.
Discussie