Datum

Tussen 1840 en 1888 (In 1888 schonk P.J. Kayser het werk aan de gemeente.)

soort van object

Materialen

Techniek

Stijl

neoklassiek

Afmetingen

hoogte 50.5 cm — wijdte 40 cm

Inventaris nummer

103

Identifier Urban

38666
lees meer

Beschrijving

Als graveur, lithograaf en schilder van bloemen, stillevens, genretaferelen en interieurs, ging David De Noter in Gent in de leer bij zijn vader, de schilder en aquarellist van stadsgezichten en interieurs Jean-Baptiste De Noter (Walem 1787 - Mechelen 1855). In 1840 verhuisde De Noter naar Brussel en in 1845 trouwde hij in Mechelen met Clémence Wauters, met wie hij zeven kinderen had. In de jaren 1860 woonde hij in Parijs. Blijkbaar deelde hij een tijdlang een atelier met Jules Goupil, eerst in Parijs en daarna in Vésinet. De Noter werkte met Goupil samen door stillevens in sommige van diens werken te schilderen. Daarna verhuisde hij met zijn gezin naar Algiers. Het adres in 1879 was Le Nador, in de buurt van Marengo. Hij stierf in de wijk Saint Eugène Bologhine. De Noter was een productieve schilder, hij exposeerde van 1841 tot 1877 op vele Belgische, Nederlandse en Parijse salons en won verschillende medailles. Zijn schilderijen werden gewaardeerd om hun nauwgezette detaillering, weergave van kostbare materialen, vakkundig formeel evenwicht en prachtige chromatische effecten. Zijn werken bevinden zich in verschillende Belgische en buitenlandse musea.

De Noters stillevens zijn afbeeldingen van royale boeketten van bloemen en fruit, overladen met Chinese of Delftse porseleinen schalen en vazen. Soms zijn ze geïntegreerd in interieurs, met of zonder figuren, zoals in het schilderij van Schaarbeek, en soms zijn ze op zichzelf geschilderd, tegen een neutrale achtergrond, met een vaas op de hoek van een tafel of plank. Ze worden meestal geassocieerd met wild, gevogelte of zeevruchten en doen denken aan 17de-eeuwse Vlaamse stillevens. Deze inspiratie wordt verder geaccentueerd door de weergave van Vlaamse neorenaissance- of neo-18de-eeuwse interieurs. Maar met hun gladde, glanzende uiterlijk pasten de schilderijen wonderwel bij de moderne smaak van het 19de-eeuwse burgerlijke publiek.

Naast dit werk bezit de gemeente Schaarbeek nog een tweede schilderij van David De Noter, met de eenvoudige titel Stilleven (olieverf op doek, 36 x 29 cm, inv. 104).

Auteur : Vereniging voor het Kunstpatrimonium, A. Jacobs, 2022

Bronnen

Over het werk:

HOSTYN, N., Belgische stilleven- & bloemenschilderkunst 1750-1914 (tentoonstellingscatalogus), Museum voor Schone Kunsten, Oostende, 1994-1995, s.n., p. 110, fig. p. 27.

Over de kunstenaar:

SEFFEN, C.,  « De familie de Noter », in De Vlaamsche School, 2e année, 1856, p. 173.

HOSTYN, N., Belgische stilleven- & bloemenschilderkunst 1750-1914 (tentoonstellingscatalogus), Museum voor Schone Kunsten, Oostende, 1994-1995, p. 19 & 110, fig. 26-27.

VAN DAMME, C. , « De Noter David E.J. », in Le dictionnaire des peintres belges du XIVe siècle à nos jours, II, La Renaissance du Livre, 1995, p. 332.

HOSTYN N., & RAPPARD W., Dictionnaire van belgische en hollandse bloemenschilders geboren tussen 1750 en 1880, Berko, 1995, p. 29 & 280.

PAS, W. & G., Dictionnaire biographique : Arts plastiques en Belgique : Peintres sculpteurs graveurs, A-D, Antwerpen, Arto, 2002, p. 375

Colofon

Discussie