Datum
soort van object
Materialen
Techniek
Stijl
Afmetingen
Inventaris nummer
Identifier Urban
Beschrijving
Beeldhouwer,
penninggraveur en fotograaf Eugène Jean De Bremaecker was een leerling van
Victor Rousseau (Feluy 1865 - Vorst 1954) en Julien Dillens (Antwerpen 1849 -
Brussel 1904) aan de Brusselse Academie van Schone Kunsten van 1900 tot 1907.
In 1901 nam hij deel aan zijn eerste salon. Tijdens het interbellum had hij een
studio in Brussel aan de Longchampslaan (nu Winston Churchilllaan) en een
andere in Neuilly, vlakbij Parijs. De Bremaecker was een getalenteerd
kunstenaar met een rijk en gevarieerd oeuvre. Hij werd gewaardeerd om de
kwaliteit van zijn portretten, in hoog-reliëf en in medaillons, en de charme
van zijn fantasiefiguren, in het bijzonder zijn Danseressen,
gemodelleerd naar beroemdheden uit die tijd, Germaine d'Astra en Juffrouw
Verdoot van de Koninklijke Muntschouwburg. Van zijn hand zijn een aantal
openbare monumenten, waaronder het Monument
voor officieren, onderofficieren, brigadiers en gendarmes die stierven voor de
wet en het vaderland, gerealiseerd in 1920-1921 en opgericht op de hoek van
de Generaal Jacqueslaan en de Juliette Wytsmanstraat in Elsene; het Monument voor Léon Lepage, uit 1932, in de Antoine Dansaertstraat in
Brussel; en het Monument voor
luitenant-generaal Dossin, uit 1937, op de Rodekruissquare in Elsene. Onder
zijn busteportretten vinden we het marmeren portret van koning Albert I
(Brussel, Belvue-museum) en het portret
van kardinaal Mercier, dat plechtig werd aangeboden aan het Institut de
France in Parijs op 18 december 1926, ter gelegenheid van het bezoek van koning Albert I. Deze buste werd in 1951 opnieuw
gemaakt in marmer voor het Paleis der Academiën in Brussel. In dezelfde
instelling staan ook zijn buste van architect Victor Horta uit 1932 en de buste
van Frans Cumont uit 1955, beide in marmer.
Bronnen
Discussie