Het Begijnhof in Brussel gezien vanuit de Lakensestraat

De prent van de hand van Jacobus Harrewijn beeldt het Groot Begijnhof in Brussel af rond 1700. Het  is in verband te brengen met het werk Chorographia sacra Brabantiae, uitgegeven in 1727 door Christiaan van Lom in navolging van een eerdere editie uit 1659-1663, verzorgd door Antonius Sanderus. Het werk valt onder het genre chorografie (streekbeschrijvingen) en is zo in zekere zin typisch voor haar tijd. Er leefde namelijk een grote fascinatie voor andere steden en streken, waarvan atlassen als Guicciardini’s Descrittione di tutti i Paesi Bassi (1567-1568) en Braun en Hogenbergs Civitatis Orbis Terrarum (1572-1617) getuigen.

Harrewijn gaf het Groot Begijnhof weer vanuit vogelperspectief (vanaf de Lakensestraat), zoals toen gangbaar in stadszichten. De gebouwen zijn in strakke lijnen opgesteld en talloze personages vinden hun weg doorheen de straten. Centraal en prominent vooraan op de prent staat de kerk, met daaraan grenzend ook een open veld. Daarop is te zien hoe enkele figuren zich bezig houden met de was, bedoeld voor (was)handel.  Rondom het Begijnhof is tevens het kanaal zichtbaar. De dokken werden uitgegraven in zeer moerassig weiland dat de Stad had gekocht van het Begijnhof en enkele privé-eigenaars. Het Sint-Katelijnedok legde men aan in een oude gracht van de eerste stadswal. Danckaert geeft bovendien aan dat de afbeelding van de Vlaamse Poort en de Verloren Cost (links bovenaan) erop kunnen wijzen dat deze prent wel vóór 1727 getekend werd.