Locatie

Broodhuis, Reserves

Datum

1897

soort van object

Geheel

59 waterverftekeningen van Brussel door Carabain
alle geheel (59)

Tentoonstelling

Brussel Weleer, 21 oktober 1994 — 06 november 1994

Vervaardigingplaats

Brussel

Opschriften

"J. Carabain" (onderaan rechts)

Afmetingen

hoogte 40 cm — wijdte 57.6 cm (blad)
hoogte 29.9 cm — wijdte 46 cm

Inventaris nummer

L.1897.15

Identifier Urban

51953
lees meer

Beschrijving

"De O.-L.-Vrouw van Vaakstraat is een oude, smalle en lange straat met een bochtig tracé die sinds het begin van de 18de eeuw naast de tuinen van het in 1783 afgebroken kartuizerklooster liep. Haar eerste naam was dan ook Kartuizerhofstraat. De huidige benaming verwijst naar een veldkapel die aan de Heilige Maagd was gewijd. De straat verbindt het Bloemenhofplein met de Barthélemylaan. Vóór de creatie van dat plein in 1955 was haar beginpunt de kruising van de Kartuizerstraat met de Fabriekstraat.

De Vandenbrandestraat is van recentere datum en werd rond 1840 aangelegd als onderdeel van de sanering van de Bummelwijk. Ze is genoemd naar de eigenaar van het terrein waar ze werd doorgetrokken. In het begin liep ze van de Schootstraat naar de Zeepziedersstraat, beter bekend als de Duivelshoek, die oorspronkelijke een steeg was. Sinds de aanhechting daarvan in 1873 geeft ze uit in de O.-L.-Vrouw van Vaakstraat. Het is deze hoek die Carabain afbeeldde.

De wijk van de Duivelshoek groeide in de tweede helft van de 19de eeuw uit tot een dicht bevolkte buurt met allerlei bedrijfsgebouwen, waaronder verschillende brouwerijen, en heel veel stegen. Op de waterverftekening is de toegang tot twee gangen in de O.-L.-Vrouw van Vaakstraat weergegeven: links ziet men de hoge, rechthoekige doorgang naar de Koopliedengang en aan de rechterkant tussen twee huizen de toegang tot de Sorben- of Meskensgang. Ook de kroegen ontbreken niet. Naast de ingang van de Sorbengang is er een café en ook in het laatste huis van de Vandenbrandestraat, dat op nr. 75 met het kapelletje van Sint-Rochus in de zijgevel, werd er in 1897 drank geschonken. Dit eigenaardige hoekhuis zou in de loop van de jaren ook andere kleine handelszaken huisvesten. In de jaren 1910 was er een winkel en in de jaren 1940 de frituur Chez Thérèse. De overkant van de straat is ingenomen door een rij aaneengebouwde arbeidershuizen, waar de levensomstandigheden waarschijnlijk even slecht waren als in de nabijgelegen gangen.

De sanering van de buurt begon al in het begin van de 20ste eeuw met de afbraak van een reeks stegen, maar ze bleef levendig en volks tot rond het midden van de jaren 1950 de grote kaalslag een aanvang nam. Een halve eeuw lang toonde de wijk een troosteloze aanblik. Vandaag zijn een deel van de braakliggende terreinen ingenomen door nieuwe woning- en bedrijvencomplexen en wordt er volop gerenoveerd. Dat laatste geldt ook voor de oude industriële gebouwen die in sommige delen nog altijd het straatbeeld bepalen. Een paar kregen een nieuwe bestemming. Zo hebben de KaaitheaterStudio’s’ een onderkomen gevonden in het pand waarvan op de aquarel nog net de hoge schoorsteen is te zien.1"

Bronnen

1TER ASSATOUROFF, Corinne, VREBOS, Martine, DEKNOP, Anne, GAUTHIER, Catherine. Brussel in aquarel: een momentopname 1894-1897: Jacques CarabainBrussel: Museum van de Stad Brussel, 2010, p. 106-109. (Fontes Bruxellæ ; 5).

Colofon

Discussie